09 januari 2009

Expohal in Deurne weldra beschermd als monument


De Vlaamse minister bevoegd voor monumentenzorg wil de Expohal in Deurne als monument beschermen.
In de jaren 1950-1960 realiseerde de gemeente Deurne een aantal vooruitstrevende stedenbouwkundige projecten, waaronder de aankoop, heroprichting en herbestemming van het paviljoen van de Belgische houtindustrie tijdens de Brusselse wereldtentoonstelling in 1958.
De Expohal is opgetrokken op basis van glulamspanten, gelijmde spanten opgebouwd uit lamellen rood Noors grenenhout. Dit glulamsysteem was destijds uniek in Europa. Het revolutionaire constructiesysteem gold als een opzienbarende technische prestatie die grote, lichte overspanningen toeliet.
Het unieke van de constructie is op zich al een belangrijke verantwoording van de bescherming, maar door het gebouw te beschermen als monument krijgt een onderdeel van Expo 58, een wereldtentoonstelling met bijzonder grote impact op het maatschappelijk leven van zijn tijd, ook een erkenning en verankering die het voor de toekomst moet vrijwaren.
De huidige functie als sport- en cultuurhal is een geschikte herbestemming van het gebouw, waardoor de bruikbaarheid gegarandeerd blijft.
De bescherming brengt verplichtingen met zich mee wat betreft onderhoud en instandhouding van het gebouw, maar daarvoor kan grotendeels een beroep gedaan worden op subsidies.